November 2018: goudvink [Pyrrhula pyrrhaula]

Op het geluid en de zang zul je deze zangvogel niet zo gauw ontdekken. De korte wat hoge toontjes gaan aan de oren van de meeste mensen voorbij. Bij broedvogel inventarisaties is dan ook enige ervaring vereist. Maar door de kleur van het ♂ (mannetje) is de vogel vooral in de herfst en winterperiode een opvallende verschijning ook al omdat er geen blad meer aan de bomen zit. Hij heeft een voor mij wat tropische uitstraling. Daarentegen is het ♀ (vrouwtje) veel moeilijker te ontdekken, zij is bruinachtig grijs. Wel is een duidelijk kenmerk van zowel het ♂ en ♀ de witte vleugelstrepen, zoals ook bij de “gewone” vinken en de witte stuit tussen de zwarte staart en de grijze rug. Deze kenmerken vallen vooral op in de vlucht.
Zoals de naam al min of meer voorspelt, behoort de vogel tot de vinkachtigen [Frigillidae], een tamelijk grote familie. De goudvink is een van onze grootste vinkachtigen, alleen de appelvink is een slagje groter.
Op de snavel lettend is de goudvink een echte zaadeter, dikke stompe forse krachtige snavel. Daarmee kan het vogeltje gemakkelijk harde zaden kraken.
Bij ons in de tuin en omgeving zijn de vogels vaak ‘s winters goed waar te nemen al smullend van de vuurdoornbessen. Deze bessen vinden ze niet op de Gorsselse Heide, maar daar eten ze wel de lijsterbessen en andere besvruchten. Verder eten ze ook groenvoer en dan vooral knoppen van bomen en struiken. Opmerkelijk is dat je ze vrijwel altijd in paartjes ziet.
nov18 goudvink
Van kop tot eindpunt staart meet de vogel 15½ tot 17½ cm. Het is voornamelijk een standvogel en leeft in gemengde parkachtige bossen en tuinen. Nestelen doen ze vooral in dicht naaldhout. Broedtijd eind april tot in mei; meestal 4 tot 5 eieren, lichtblauw van kleur met spikkels, stipjes of krabbels. Het ♀ broedt alleen en wordt dan gedurende zo’n 12 tot 14 dagen door het ♂ van voedsel voorzien. De eerste 6 dagen worden de jongen door het ♀ verzorgd. Nu wordt het voedsel ook door het ♂ aangevoerd.


Bron foto: nl.wikipedia.org; zie ook onze Ecologische Atlas

Daarna worden door beide ouders de jongen nog zo’n 12 tot 18 dagen in het nest verzorgd. De jongen worden gevoerd met insecten en rupsen, dus eiwitrijk en gemakkelijk verteerbaar.
Als broedvogel komt de soort ook voor in onze natuurparel, in 1984 was er 1 broedgeval bekend, in 2004 waren er al 4 broedgevallen waargenomen en in 2013 waren het er 13.

Maar ja deze drang van voortplanting en het vervolg is natuurlijk in de broedperiode van eind april tot in mei. In deze herfst en winterperiode is het natuurlijk de noodzaak om voldoende voedsel te bemachtigen om zo deze periode optimaal te overleven. Ze trekken dan rond in grotere groepen. Door de haast tropische uitstraling van het ♂ is de vogel dan ook wel te ontdekken. Als je eenmaal de rode borst ontdekt hebt, zie je ook vaak wel het vrouwtje in de directe omgeving. Meestal druk met het voedsel zoeken.

Genieten in deze herfstperiode, dat is mijn motto. De geuren en kleuren, maar ook de geluiden tijdens dit jaargetijde, geven mij een gevoel van rust en welzijn. Ook kun je nu van de vogels genieten. Doordat de bladeren van de bomen zijn, vallen onze gevleugelde vrienden tussen de takken en in de boomkruinen beter op. Vele vogelsoorten trekken nu in groepen en communiceren dan volop onderling met elkaar. Denk ook maar aan groepen staartmezen, door de piepende geluiden heb je ze al in het oor voordat je ze in het oog hebt. Dat is ook zo met de vinkachtigen, waaronder de beschreven goudvink. Trek wat warms aan en maak een wandeling.

Geniet van wat de Gorsselse Heide (en omgeving) ons biedt   
Herman Roelofs

  • Steunt u ons ook?
  • logo top vvdgh thumb