December 2024; kleine en grote maagdenpalm.
De kleine maagdenpalm [Vinca minor] komt als wilde plant maar sporadisch voor in ons land. Langs de holle wegen in Zuid-Limburg zijn de bermen soms wel bedekt met een groen tapijt van deze kleine maagdenpalm.
De grote maagdenpalm [Vinca major] komt voor zover ik weet niet voor in de vrije natuur in ons land.
Beide soorten vinden hun oorsprong vooral in Zuid-Europa, Noordwest Afrika en Zuidwest Azië. Maar bij de diverse tuincentra zijn ze volop te koop, als ouderwetse randjesplant heeft het zeker zijn schoonheid. Op onze Gorsselse Heide staat de maagdenpalm niet op de flora lijst. Je zou verwachten bij de vroegere bewoning dat de plant wel in de tuin gestaan zou hebben.
De Latijnse naam “vincere” betekent “verslaan of overwinnen”. Bij “vinca”vinden we de omschrijving als “ik overwin”. De Nederlandse naam houdt verband met het oude gebruik om er een krans van te vlechten en dan om het hoofd te dragen van bruiden en jonggestorven mensen.

Kleine maagdenpalm [Vinca minor; bron Saxifraga Jan van der Straaten.

Grote maagdenpalm [Vinca major]; bron Jan van der Straten.
De grote maagdenpalm is duidelijk groter dan de kleine en wordt wel 50 tot 70 cm hoog, Kenmerk is een meer opgaande groeiwijze. De kleine maagdenpalm wordt slechts 10 tot 20 cm hoog. In onze tuin zat er laat in de herfst nog een prachtige blauwe bloem aan deze kleine maagdenpalm. Dit is nog een plant die ik vijftig jaar geleden van mijn ouderlijk huis in Terwolde heb meegenomen en daarna nog tweemaal mee verhuisd is in Epse.
Prachtig deze herinnering. Wel iets om een natuurbelevenis over te schrijven, wat een reis.
De liefelijke bloei van beide maagdenpalm soorten is van maart tot mei. Maar zelfs in de herfst kunnen nog bloemen te voorschijn komen. Je kunt eigenlijk wel zeggen het hele jaar rond zijn er wel bloemen aanwezig, De vijf blauwe kroonblaadjes zijn in de knop keurig opgerold en in bloei vlak uitgespreid. Trouwens bij de tuincentra zijn ook paars en wit bloeiende soorten te koop.
De voortplanting geschiedt voornamelijk door de kruipende stengels, die wortels schieten. De lange uitlopers kunnen wel 1 tot 2 meter lang worden en liggen vrijwel plat op de grond en vormen zo kleine plantjes. Dit noemen we vegetatieve of ongeslachtelijke voortplanting. Dit in tegenstelling tot voortplanting door zaad [bestuiving], dit noemen we generatieve of geslachtelijke voortplanting. Alleen insecten met een lange roltong kunnen bij de nectar, die diep in de bloembodem zit. Ik moet wel eerlijk bekennen dat ik nog nooit een insect zoals een hommel op de bloemen heb zien zoeken naar de zoete lekkernij.
Nog even dit; de maagdenpalm is giftig. Het witte melksap moet niet in contact komen met de huid en zeker niet met de slijmvliezen.
Geniet van wat de Gorsselse Heide en omgeving ons biedt. Herman Roelofs.
De kleine maagdenpalm [Vinca minor] komt als wilde plant maar sporadisch voor in ons land. Langs de holle wegen in Zuid-Limburg zijn de bermen soms wel bedekt met een groen tapijt van deze kleine maagdenpalm.
De grote maagdenpalm [Vinca major] komt voor zover ik weet niet voor in de vrije natuur in ons land.
Beide soorten vinden hun oorsprong vooral in Zuid-Europa, Noordwest Afrika en Zuidwest Azië. Maar bij de diverse tuincentra zijn ze volop te koop, als ouderwetse randjesplant heeft het zeker zijn schoonheid. Op onze Gorsselse Heide staat de maagdenpalm niet op de flora lijst. Je zou verwachten bij de vroegere bewoning dat de plant wel in de tuin gestaan zou hebben.
De Latijnse naam “vincere” betekent “verslaan of overwinnen”. Bij “vinca”vinden we de omschrijving als “ik overwin”. De Nederlandse naam houdt verband met het oude gebruik om er een krans van te vlechten en dan om het hoofd te dragen van bruiden en jonggestorven mensen.

Kleine maagdenpalm [Vinca minor; bron Saxifraga Jan van der Straaten.

Grote maagdenpalm [Vinca major]; bron Jan van der Straten.
De grote maagdenpalm is duidelijk groter dan de kleine en wordt wel 50 tot 70 cm hoog, Kenmerk is een meer opgaande groeiwijze. De kleine maagdenpalm wordt slechts 10 tot 20 cm hoog. In onze tuin zat er laat in de herfst nog een prachtige blauwe bloem aan deze kleine maagdenpalm. Dit is nog een plant die ik vijftig jaar geleden van mijn ouderlijk huis in Terwolde heb meegenomen en daarna nog tweemaal mee verhuisd is in Epse.
Prachtig deze herinnering. Wel iets om een natuurbelevenis over te schrijven, wat een reis.
De liefelijke bloei van beide maagdenpalm soorten is van maart tot mei. Maar zelfs in de herfst kunnen nog bloemen te voorschijn komen. Je kunt eigenlijk wel zeggen het hele jaar rond zijn er wel bloemen aanwezig, De vijf blauwe kroonblaadjes zijn in de knop keurig opgerold en in bloei vlak uitgespreid. Trouwens bij de tuincentra zijn ook paars en wit bloeiende soorten te koop.
De voortplanting geschiedt voornamelijk door de kruipende stengels, die wortels schieten. De lange uitlopers kunnen wel 1 tot 2 meter lang worden en liggen vrijwel plat op de grond en vormen zo kleine plantjes. Dit noemen we vegetatieve of ongeslachtelijke voortplanting. Dit in tegenstelling tot voortplanting door zaad [bestuiving], dit noemen we generatieve of geslachtelijke voortplanting. Alleen insecten met een lange roltong kunnen bij de nectar, die diep in de bloembodem zit. Ik moet wel eerlijk bekennen dat ik nog nooit een insect zoals een hommel op de bloemen heb zien zoeken naar de zoete lekkernij.
Nog even dit; de maagdenpalm is giftig. Het witte melksap moet niet in contact komen met de huid en zeker niet met de slijmvliezen.
Geniet van wat de Gorsselse Heide en omgeving ons biedt. Herman Roelofs.