November 2021: Zaadverspreiding en voortplanting bij planten.

We kennen snelle zaadverspreiding over grotere afstanden. Dit zijn soorten met zeer lichte sporen of zaden, zoals mossen, varens en orchideeën. Maar ook verspreiding in de naaste omgeving van de plant.

nhr1nhr2nhr3nhr4

Zaadverspreiding overzicht;                  Stinkende gouwe;
insecten, wit mierenbroodje;          Grote stink zwam; vliegen, Paardenbloem; wind

bron foto original.jpg bron foto natuurvriendencapelle.nl bron foto Magda Bolt bron foto groei.nl

De volgende oorzaken van verspreiding kunnen we waarnemen;

1. Door de plant zelf; zoals zachte ooievaarsbek, viooltjes en ook springzaad is een voorbeeld. Bij aanraking springt de vijfkleppige zaaddoos uiteen, waardoor de zaden weggeslingerd worden.

2. Door dieren;

a. vogels; de zaden kleven aan poten, snavel en veren. Bovendien door het eten van de bessen wordt het vruchtvlees verteerd en de wat aangetaste zaden worden uitgepoept. Ze ontkiemen later door de aantasting gemakkelijker. Gaaien verstoppen eikels, beukennootjes en vergeten hun verstopplek.

b. insecten; bekend zijn de mieren. Via een aanhangsel aan het zaad, het mierenbroodje. Dit broodje wordt vanwege het gehalte aan vet en suiker door de mieren genuttigd, terwijl de rest van het zaadje achter blijft en weer kan ontkiemen. Vele bosplanten zijn echte “mieren” planten. Voorbeelden zijn; stinkende gouwe, vogelmelk en bosanemoon.

Aasvliegen verspreiden de sporen van de grote stinkzwam.

c. zoogdieren; we kennen de vruchten en zaden met weerhaken die aan de vacht blijven hangen [grote klis en kleefkruid]. Ook besetende zoogdieren [vos] verspreiden de zaden via hun uitwerpselen en ook verstoppen ze de zaden. Dit kun je vergelijken met de verspreiding bij vogels.

d. mensen doen ook aan zaadverspreiding, onbewust blijft het zaad aan de kleding hangen, onder je schoeisel en in het haar zitten. Maar ook bewust; denk maar aan het inzaaien van de drooggelegde IJsselmeerpolders. Ook in de agrarische sector zijn vele voorbeelden bekend; het zaaien en poten van gras, aardappels, tabak en mais. Ook uit het verleden, de adventiefplanten [pothoofdplanten] genoemd naar de kade in Deventer, waar de destijds gevestigde meelfabriek graan oversloeg met als bijproduct [morsen], de nodig andere zaden. Dan spreken we nog niet van allerlei uitheemse planten uit de tuincentra [bijv. Japanse duizendknoop] . Als we ons aquarium te vol vinden, brengen we het overschot weg naar de sloot, met soms zeer ernstige gevolgen.

3. Water; veelal bezitten de zaden van deze planten een drijvend kurklaagje. Na verloop van tijd verrot dit “zwemvest” en de zaden zinken naar de voedingsrijke bodem. Hier ook weer enkele voorbeelden; gele lis, waterlelie, pijlkruid, egelskop, kruisdistel [eigenlijk geen distel maar een schermbloem] en els.

4. Wind; de zaden moeten wel licht zijn of voorzien van één of ander zweefmechanisme. Ze kunnen wel over duizenden kilometers weg geblazen worden. Vooral de grassen en de paardenbloem zijn bekend. Zaad- of vruchtpluis zijn kenmerkende hulpmiddelen. Met een soort zweefvleugel is de esdoorn een goed voorbeeld. Vliegdennen op de heide zijn door de wind gezaaid. Ook zien we in de natuurfilms planten die over de steppen waaien en zo al rollend hun zaden verliezen, of de gehele plant naar een nieuwe plaats brengen. Om het risico op voortplanting op een goede kiembodem te vinden zo klein mogelijk te houden, worden grote hoeveelheden zaden of sporen geproduceerd. Bij de orchideeën al naar soort worden wel 25 duizend tot 375 miljoen zaden geproduceerd. Bij de paddenstoel, de aardappelbovist, schrik niet, kunnen wel 700 miljard sporen verspreid worden. Het kan niet anders maar het merendeel zal niet goed terecht en tot wasdom komen.

Ontdek en geniet maar van de verschillende soorten zaadverspreiding.

Geniet van wat Gorsselse Heide en omgeving ons biedt.

Herman Roelofs
 

.


  • Steunt u ons ook?
  • logo top vvdgh thumb