16
juli
2014

Herstel begonnen

De eerste bomen worden gekapt

Omroep Gelderland bracht gisteren (15 juli) een reportage over het begin van de herstelwerkzaamheden. Zie hieronder de videofilm waar de rentmeester Jacques Duivenvoorden en ons bestuurslid Wim de Greeff een toelichting gaven


Uit het bericht van Omroep Gelderland maken we op dat het herstel circa 600.000 euro gaat kosten. Een deel wordt uit subsidies betaald maar voor het verdere onderhoud zoekt de Marke Gorsselse Heide nog naar oplossingen.

De opmerkingen van de rentmeester dat de vogeltjes geen last hebben van het lawaai van de kartbaan laten we voor zijn rekening. Zie hieronder een literatuuronderzoek waaruit duidelijk blijkt dat het niet uitgesloten is dat (broed)vogels hinder ondervinden van (met name) piek-geluiden.

Literatuur onderzoek naar de effecten van geluiden (in het bijzonder piekgeluiden) op dieren

April 2013

Stichting Vrienden van de Gorsselse Heide

Met dank aan Dr. Gerard C. Boere, ornitholoog, Senior Officer Internationale Natuurbescherming van het Ministerie van LNV (1988- 2004)

Algemeen wordt erkend dat mens en dier gevoelig zijn voor de effecten van geluid (de duur van het geluid, de frequentie en de sterkte van de geluidsbron (1).
Bij veel dieren spelen akoestische signalen een grote rol: voor het vinden van een partner, het afschrikken van rivalen of het waarschuwen tegen gevaren (bijvoorbeeld roofdieren).
Een hoge geluidsbelasting kan bij dieren leiden tot stress en/of vluchtgedrag en vervolgens tot het verlaten van het leefgebied of een afname van het reproductieproces doordat geen partner kan worden gevonden omdat bijv. de zang niet goed doorkomt.
In bepaalde gevallen kan ook gewenning optreden, in het bijzonder bij continu geluid zoals bijvoorbeeld bij wegverkeer. Voor vogels is deze dosis-effect realatierelatie goed gekwantificeerd (2, 3).

Over de effecten van plotseling optredende geluiden (impulsgeluiden), zoals bijvoorbeeld bij auto- of motorraces, treinverkeer, vuurwerk enz. is veel minder bekend.
Uit het beperkt aantal onderzoekingen valt wel te concluderen dat er in dergelijke gevallen wel degelijk sprake is verstoringen, variërend van ernstig tot enige verstoring.

Bij een (beperkt) onderzoek van de Wageningen Universiteit (4) in 2010/2011 naar de effecten van auto- of motorsportevenementen op broedvogels tijdens het broedseizoen in het naast het TT-circuit Assen gelegen Natura 2000-gebied Witterveld werd vastgesteld dat nà de geluidsverstoring de zangactiviteit toeneemt, hetgeen er op zou kunnen wijzen dat de vogels enige verstoring ondervinden van de races. De verhoogde zangactiviteit zou een teken zijn voor het ondernemen van een nieuwe broedpoging, nadat een eerdere poging als gevolg van verstoring werd afgebroken.

In een literatuurstudie van Alterra (6) naar de effecten van geluid op diersoorten werd vastgesteld dat geluid tot op grote afstand van de geluidbron een verstorend effect kan hebben op de in het wild levende diersoorten. Met name kan dit negatieve consequenties hebben voor de voortplanting van vogels. Juist bij vogels (waar akoestische signalen een grote rol spelen) is dit het geval en kan het maskeren van communicatie tussen soortgenoten leiden tot minder succesvolle paarvorming, een lagere reproductie en een hogere dispersie (uitzwerven) uit het verstoorde gebied met als mogelijk gevolg lagere dichtheden broedende vogels. Niet alle soorten zijn even gevoelig voor dit maskerende effect en sommige soorten lijken in het geheel geen last te hebben van een verhoogde geluidsbelasting. Bij het maskerende effect van geluid treedt geen gewenning op en effecten worden dus niet minder erg na langdurige blootstelling.
Naast het effect op vogels zijn er ook aanwijzingen gevonden dat dit ook optreedt bij amfibieën en reptielen (7)
Schrik- of vluchtreacties na impulsgeluiden zijn vooral bij vogels vastgesteld. Soms werd er gewenning vastgesteld na herhaalde blootstelling aan impulsgeluiden en soms niet. Er is te weinig informatie beschikbaar.

Uit de studie blijkt dat dat het moeilijk is om grenswaarden voor geluidsbelasting ten aanzien van geluidverstoring vast te stellen. De slotconclusie is dat het aan te bevelen is, - waar twijfel bestaat omtrent het effect van geluid op een kwetsbare populatie van een soort - de antropogene geluidsbronnen het niveau van natuurlijk achtergrondgeluid (geluidniveau zonder bijdrage van menselijke geluidsbronnen) niet mag overstijgen.

Het Bureau Waardenburg heeft in 2008 een (update) literatuurstudie gedaan naar de verstoringsgevoeligheid van vogels in het bijzonder de reacties op recreatieactiviteiten (5). Zij bevestigen dat bij sommige vogels gewenning kan optreden maar signaleren ook dat het tegenovergestelde kan optreden. In gebieden waar verstoring vaak een werkelijke dreiging vormt zijn de effecten groter en zullen vogels juist steeds vroeger en op grotere afstand verstoord worden en wegvliegen. Bij een dergelijke toename van gevoeligheid voor verstoring wordt gesproken van facilitatie *). De omvangrijke studie behandelt voornamelijk de verstorende effecten van recreatievormen in de lucht (vliegtuigen, ballonnen enz.), te water (boten, surfers enz.) en te land (wandelaars, honden, fietsers enz.) maar geeft ook aan dat over het algemeen vogels bijzonder sterk reageren op verstoringsbronnen die veel lawaai maken. Daarnaast speelt voorspelbaarheid een grote rol.

In bijna alle literatuurstudies wordt opgemerkt dat de meeste uitgevoerde geluidsonderzoeken veelal betrekking hebben op een te korte periode zodat het niet aantoonbaar zijn van schadelijke invloeden niet als bewijs te beschouwen is voor het niet bestaan ervan.
Naar de geluidsverspreiding in bossen is weinig of geen onderzoek gedaan.

Omdat er weinig informatie beschikbaar is over de invloed van impulsgeluiden op dieren zou, wanneer het om de bepaling van potentieel schadelijke gevolgen gaat, het voorzorgsbeginsel toegepast dienen te worden (8).


*) facilitatie- dit is het tegenovergestelde van gewenning (habituatie) waarbij de effecten van de verstoring juist onevenredig groter worden

Referenties

1. Effectenindicator Natura 2000-gebieden. Achtergronden en verantwoording ecologische randvoorwaarden en storende factoren. Alterra ,Wageningen, 2005 rapport 1375 , ISSN 1566-7197
2. Update: aanvulling bij rapport 1375
3. Reijnen et al 1994, 1995
4. Alterra rapport  2288 ISSN 1566-7197  Storen broedvogels zich aan het geluid van race-evenementen 2012
5. Bureau Waardenburg rapport 08-173 d.d. 23 december 2008 Verstoringsgevoeligheid van vogels
6. Alterra rapport  1705 ISSN 1566-7197 Effecten van geluid op wilde soorten - implicaties voor soorten betrokken bij de aanwijzing van Natura 2000 gebieden. 2008
7. Effecten van militair gebruik en recreatie op flora en fauna (literatuuronderzoek) Rapport EC-LNV nr. 2001/037, Expertisecentrum LNV 2001
8. http://europa.eu/legislation_summaries/consumers/consumer_safety/l32042_nl.htm





Plaats een reactie

U plaatst een reactie als gast


  • Steunt u ons ook?
  • logo top vvdgh thumb